OSTEOFORCE
multidisciplinair therapeutisch centrum
Uitleg en werkwijze
Osteopathie is een complementaire geneeskunde, waarvan de basisprincipes reeds in 1874 werden vastgelegd door de Amerikaanse arts Andrew Taylor Still.
Het basisprincipe in de osteopathie is beweeglijkheid. Dit principe verwijst naar het feit dat geen enkele structuur in ons lichaam een rem op de beweeglijkheid mag ervaren. De mogelijkheid tot beweging kunnen we zien als een parameter voor onze gezondheid. Hoe beter de kwaliteit van de beweging, hoe minder klachten er kunnen ontstaan.
Binnen de osteopathie houdt men rekening met drie bewegingssystemen:
- Het bewegingssysteem van het beendergestel en de spieren;
- Het bewegingssysteem van de ingewanden;
- Het bewegingssysteem van de schedel.
Om het bewegingsverlies te corrigeren maakt men binnen de osteopathie gebruik van verschillende soorten technieken, naar analogie met de drie grote invloedssferen.
1. Het beendergestel + spieren
Het beendergestel en de spieren vormen een samenhangend geheel, waarbij een letsel of bewegingsverlies in een bepaald gewricht klachten kan veroorzaken. Niet alleen op de plaats van het letsel, maar soms ook op totaal andere plaatsen. De behandeling gebeurt o.a. door specifieke mobilisatietechnieken, myotensieve technieken (oprekken van spieren en fascieën) en manipulatieve technieken.
2. De ingewanden
Alle organen in het menselijke lichaam bewegen. Ze maken bewegingen uit zichzelf en onder invloed van het diafragma (middenrif). Een bewegingsverlies van een orgaan leidt niet enkel tot het slecht functioneren van het orgaan in kwestie, maar het kan zelfs invloed hebben op het systeem van de spieren en gewrichten. Ademhaling en voeding spelen hierbij een zeer belangrijke rol. De technieken zijn gericht op de beweeglijkheid en het glijvermogen van de organen en de rondliggende fasciale systemen. Bij deze technieken gaat de osteopaat de omringende weefsels van een orgaan “ontspannen”. Door het losmaken van adhesies (verklevingen) verbetert de doorbloeding in de organen en worden de andere delen van ons lichaam niet meer gehinderd door de adhesies.
3. De schedel
De schedel kan beschouwd worden als een puzzel waarbij de verschillende delen langs elkaar schuiven. Vanuit de schedelnaden vertrekken een aantal vliezen (fascieën) die via ketens uiteindelijk in het ganse lichaam terug te vinden zijn. Deze vliezen omringen onze hersenen, het ruggenmerg, de organen en al onze spieren, zenuwbanen en bloedvaten. Dit geheel heeft ook een mate van beweging. Deze beweging kan echter verstoord worden en zo ook de wisselwerking tussen de bewegingen in de schedel en de bewegingen in de rest van het lichaam beïnvloeden. Zo kan een osteopaat door op de schedel te werken ook andere plaatsen in ons lichaam beïnvloeden.
Hoe werkt een Osteopaat ?
Een osteopaat zal steeds beginnen met een onderzoek en het stellen van vragen. Zo zoekt hij naar de oorzaak van de klachten en naar andere oorzaken die een negatieve invloed kunnen hebben op het lichaam. Een osteopaat bekijkt steeds het hele lichaam.
Na het onderzoek volgt de behandeling, waarbij de veiligheid van de technieken steeds van primordiaal belang is.
De behandeling speelt zich af op de verschillende domeinen van de osteopathie. Aan de hand van manuele technieken zal de osteopaat de beweeglijkheid in het lichaam weer herstellen, waardoor het lichaam zelf kan “genezen”. Een osteopaat zal door een verbetering van de beweeglijkheid, het vermogen van een lichaam om zichzelf te genezen extra stimuleren.
Daarnaast zal een osteopaat ook raad geven rond andere facetten die de bewegingssystemen beïnvloeden, zoals stress, angst, bewegingshygiëne en voeding. Een osteopaat werkt steeds nauw samen met zijn patiënt. Osteopathie is immers “tweerichtingsverkeer”: het engagement op bepaalde zaken van de patiënt is van essentieel belang. (bvb voeding)
Het kan gebeuren dat de oorzaak van de klachten niet te bereiken is met osteopathie. In dergelijke gevallen zal uw osteopaat u doorverwijzen voor verder onderzoek en nauw samenwerken met uw arts. Soms is het mogelijk dat de werkelijke oorzaak niet kan worden opgelost. In dergelijke gevallen is het zinvol om op regelmatige basis de beweeglijkheid te herstellen, zodat de klachten zo minimaal mogelijk gehouden worden.